Er was haast bij. Maarten* voerde een reparatie uit aan een dak in verband met een hevige lekkage. Hij wilde de mensen snel helpen. Maar Maarten zelf wacht nu al ruim drie maanden op betaling van de factuur.

Het gaat om een bedrag van ruim 6000 euro en Maarten is het meer dan zat. Herhaaldelijk vraagt hij om betaling. Zonder succes. Maarten gaat uit zijn dak van woede als mijn collega hem aan de lijn krijgt. Hij weet hem te bedaren en verzoekt Maarten alle stukken te mailen. Op basis daarvan gaat mijn collega beoordelen wat de volgende stap moet zijn om het geld te innen waar Maarten recht op heeft. 

Dagvaarding
Na het zien van de stukken kan mijn collega maar één conclusie trekken: de facturatie van Maarten is niet op orde. Maarten heeft de factuur gericht aan familie Ten Dam*. Mijn collega legt uit dat je een ‘familie’ namelijk niet kunt dagvaarden. Van een consument moeten de voorletters bekend zijn. Een juiste tenaamstelling op de factuur is dus cruciaal.

Van voren af aan
Dit betekent voor Maarten dat het hele proces van innen opnieuw begint. Mijn collega stelt een nieuwe factuur op met juiste naam en stelt de uiterste betaaldatum veertien dagen verder. Na twee weken neemt mijn collega telefonisch contact op omdat de betaling nog steeds niet is gedaan. 

Termijnen
Wat blijkt? De mensen kunnen het bedrag niet ineens voldoen. Na overleg met Maarten spreekt mijn collega af dat zij het bedrag in zes termijnen mogen voldoen. De eerste termijn wordt keurig op tijd betaald. De tweede ook. Inmiddels is de derde termijn ook binnen. Maarten gaat weer met een gerust hart slapen. Dit overkomt hem niet nog eens.