Voorwaarden aftrek kosten werkgever
Wil de werkgever de kosten die hij of zij heeft gemaakt van de transitievergoeding willen aftrekken, moeten deze voldoen aan de onderstaande eisen:
- Uw werkgever moet de kosten hebben gespecificeerd en u hierover hebben geïnformeerd.
- U heeft vooraf schriftelijk akkoord gegeven voor het in mindering brengen van de kosten.
- Uw werkgever moet zelf de kosten hebben gemaakt.
- De kosten zijn gemaakt ten dienste van u.
- Uw werkgever mag de loonkosten niet in mindering brengen. Heeft u samen met uw werkgever een langere afgesproken en bent u in deze periode vrijgesteld van werk?Dan kunnen de loonkosten wel in mindering gebracht worden.
- De kosten moeten in verhouding staan met het doel waarvoor ze zijn gemaakt.
- De kosten mogen alleen in mindering gebracht worden op het deel van transitievergoeding dat is opgebouwd in de periode waarin de kosten zijn gemaakt of hierna.
- De kosten die uw werkgever in mindering brengt, mogen niet elders door de werkgever worden gedeclareerd.
- De werkgever moet de kosten niet kunnen verhalen middels een studiekostenbeding.
Transitievergoeding opleidingskosten
Voor duale opleidingen gelden niet alle bovenstaande voorwaarden. Dit geldt voor opleidingen in de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) en duale opleidingen in het hoger en wetenschappelijk onderwijs. Deze kunnen namelijk alleen in mindering worden gebracht op de transitievergoeding, indien de arbeidsovereenkomst is aangegegaan om de werknemer in de gelegenheid te stellen die opleiding te volgen. Alleen de kosten die zijn gemaakt in de periode dat u de opleiding volgde kunnen vervolgens in minderingen worden gebracht.
Per 1 januari 2020 kunnen er meer kosten in mindering gebracht worden. Dit gaat vooral om de kosten die gemaakt zijn voor scholing. Heeft uw werkgever kosten gemaakt om uw inzetbaarheid in een andere functie binnen de organisatie te vergroten? Dan kunnen deze vanaf 2020 wel in mindering gebracht worden. Voor 2020 kon dit niet.