Wat is shockschade?
Shockschade wordt ook wel schrikschade genoemd. Bij deze schade gaat het om geestelijk letsel dat men oploopt door de confrontatie met een schokkende gebeurtenis. Er is dan sprake van psychische problematiek en dat resultaat vaak in een posttraumatische stress syndroom. Dit wordt ook wel PTSS genoemd.
Shockschade komt vooral voor bij situaties waarin de betrokkene een sterke emotionele band heeft met het slachtoffer. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een kind die ziet hoe zijn vader wordt overreden. Dit kan er natuurlijk voor zorgen dat het kind psychisch letsel oploopt.
Wanneer komt u in aanmerking?
Om voor een vergoeding in aanmerking te komen moet u voldoen aan enkele voorwaarden:
- U moet het ongeval hebben gezien of vlak na het ongeval ter plaatse zijn gekomen. Er moet dus een rechtstreekse confrontatie zijn geweest met de traumatische gebeurtenis.
- Er moet sprake zijn van een ernstig trauma, waar ook psychologische of psychiatrische behandeling voor nodig is om dit trauma te verwerken. Dit moet door een psychiater worden bevestigd.
- Er moet een verband zijn tussen de psychische schade en de traumatische gebeurtenis
- De degene die het ongeluk heeft veroorzaakt moet aansprakelijk zijn voor het ongeval
Onder deze omstandigheden kunt u wel voor vergoeding in aanmerking komen. Het gaat dan om een vergoeding van de materiële schade zoals de gemaakte kosten en gemiste inkomsten, maar ook om de immateriële schade die worden vergoed in de vorm van smartengeld.
Verschil Shockschade en affectieschade
Naast shockschade bestaat er ook affectieschade. Sinds 1 januari 2019 kunnen nabestaanden of naasten (partner, ouders, kinderen) van een slachtoffer ook een vergoeding krijgen voor hun immateriële schade.
Bij Affectieschade hoeft de nabestaande of naast echter het ongeluk niet te hebben gezien om in aanmerking te komen voor een vergoeding. Bij shockschade is dit wel het geval. Bij affectieschade gaat het puur en alleen om het verdriet van de nabestaande. Er is dan dus geen sprake van een trauma of psychisch ziektebeeld. Dit is bij shockschade wel het geval.