In zowel het bijzonder als het openbaar onderwijs moet de werkgever een schriftelijk schorsingsbesluit aan de werknemer sturen. Vóór dat besluit ontvangt u eerst een voorgenomen besluit. Daartegen kunt u een zienswijze indienen. Hierin geeft u aan wat uw mening is over het plan van uw werkgever om u te schorsen. Vervolgens neemt uw werkgever een definitief besluit over uw schorsing.
Na ontvangst van dit (voorgenomen) besluit moet u de werkgever laten weten dat u bereid en beschikbaar bent om uw werkzaamheden te verrichten en dat u de oproep voor werkhervatting afwacht. Uiteraard kunt u ook aangeven waarom u het niet eens bent met uw schorsing.
De werknemer in het bijzonder onderwijs kan binnen zes weken beroep aantekenen bij de Commissie van Beroep of een kort geding aanhangig maken bij de kantonrechter. Een werknemer in het openbaar onderwijs kan binnen zes weken bezwaar aantekenen bij het College van Bestuur van de onderwijsinstelling.